Tekst Emiel Rorije en Willie Peijnenburg
Foto RIVM - Arjan de Jonge

Een natuur- of milieuramp is altijd uitzonderlijk, maar helaas niet meer zo zeldzaam. Niet alle landen hebben echter de kennis en expertise om in dit soort extreme situaties te weten wat de effecten kunnen zijn op gezondheid en milieu. Daarom zijn internationale hulpteams beschikbaar uit verschillende landen. Zij kunnen specialistisch advies geven aan lokale hulpverleners of overheden. Ook Nederland heeft een team van experts dat als Environmental Assessment Unit (EAU) beschikbaar is voor internationale inzet. Een aantal experts van de Milieuongevallen Dienst (MOD) maken deel uit van de EAU. Zij zijn dit jaar actief geweest in Peru en bij de oefening Formatex23 in Oostenrijk.  

" Een foto van mij in mijn ‘visibility items’ van de EUCPM (EU Civil Protection Mechanism) – de internationale crisisondersteuningsorganisatie van de EU. Deze spullen hebben 14 dagen achter me aan gereisd vanuit Brussel door heel Noord-Peru. Ik kreeg ze twee dagen voor mijn vertrek naar huis…”

Noodhulp bij overstromingen in Peru 

Het is maart 2023. Tropische storm Yuka zorgt in het noorden van Peru voor extreme regenval en overstromingen. Overstromingen van deze omvang kunnen ook schadelijk zijn voor het milieu. Met mogelijk gezondheidsrisico’s voor inwoners. Om lokale autoriteiten te ondersteunen hebben de Verenigde Naties op 9 april verschillende UNDAC-teams afgevaardigd naar Noord-Peru. UNDAC staat voor United Nations Disaster Assessment and Coordination. Deze teams organiseren en coördineren de eerste hulpverlening. Emiel Rorije is een van de MOD-specialisten die getraind is om in deze situaties ingezet te worden. Hij was namens de EAU twee weken in Peru als ‘environmental expert’.    

“Mijn taak in de eerste dagen was vooral om de gesprekken te voeren over mogelijke chemische, biologische en fysische risico’s van de overstromingen. En dat voor de 3 provincies Tumbes, Piura en Lambayeque, in het uiterste noorden van Peru.  Dat betekende vooral veel praten met lokale en regionale autoriteiten, en reizen tussen de provincies. De gesprekken gingen vaak over wat er nodig is om op (middel)lange termijn voorbereid te zijn op nieuwe overstromingen. Veel oplossingen waren ook al door lokale autoriteiten in kaart gebracht bij eerdere (kleinere) overstromingen. De hoop is dan dat het ‘gewicht’ van een UN-missie zaken in gang kan zetten die eerder bleven liggen. Ook ben ik een aantal dagen in het veld in touw geweest om de dreiging van toxische algengroei in de drinkwaterreservoirs van de provincie Lambayeque te inventariseren en in te schatten”.  

Bij deze missie kon Emiel ook een beroep doen op de backoffice: experts bij het RIVM en bij de kennisinstituten van het CET-md. 

Meet weten of deze missie? Zie Peru: Flooding - Situation Report No. 05 (as of 3 May 2023) - Peru | ReliefWeb waar ook de aanwezigheid van de Environmental Expert genoemd wordt aan het einde van de SitRep (situation report).  

Voorbereid zijn op natuurrampen: De bijdrage van de EAU aan FORMATEX23.  

In september vond in de Oostenrijkse stad Linz FORMATEX23 plaats. Het doel van deze grootschalige oefening was om naast de Oostenrijkse rampenstructuur ook de internationale samenwerking te verbeteren bij de reactie op natuurrampen. De oefening richtte zich op de beheersing van calamiteiten met Chemische, Biologische, Radiologische en Nucleaire (CBRN)- stoffen en milieuvervuiling als gevolg van overstromingen. De EAU deed aan deze oefening mee. Teamleider Willie Peijnenburg licht de Nederlandse bijdrage toe. 

Samenwerking belangrijk 

 “Samenwerking was het belangrijkste doel. Want het is belangrijk om snel in kaart te brengen welke korte- en langetermijneffecten vrijgekomen chemische stoffen hebben op mens en milieu. De EAU was 1 van de 7 teams met verschillende expertises uit 6 verschillende Europese landen. De EAU is een kleine en flexibele eenheid en kan bij internationale calamiteiten snel worden ingezet.” 

Scenario watermonsters analyseren  

De teams kregen de opdracht om een aantal fictieve calamiteiten op te lossen. De scenario's varieerden van een ondergelopen fabrieksterrein tot een scheepscontainer die in de Donau lek geslagen was. En van een brandende benzine-opslag tot een vervuild Natura 2000-gebied. 
 
“Een van de verzoeken kwam van de pompeenheid van de Baltische staten: of het veilig voor hen was om het water te verpompen. We nemen dan watermonsters en vervolgens analyseren we die monsters ter plekke in ons mobiele lab. We kijken of er zware metalen aanwezig zijn en vooral of er organische stoffen in zitten die giftig zijn voor mens en milieu. Vervolgens voeren we een risicobeoordeling van het vervuilde water uit. Een bijzonderheid is dat in een dergelijk scenario er sprake is van grote tijdsdruk omdat er het liefst zo snel mogelijk gepompt moet worden.” 
 

Betrokkenheid en motivatie 

Alle deelnemers hadden volgens Peijnenburg samenwerking heel hoog in het vaandel staan. “Het meest geraakt was ik door de enorme betrokkenheid en motivatie van onze teamleden. Er is een grote drive om samen te werken en de klus te klaren. Daarbij is het wel belangrijk dat het team voldoende groot is, zodat teamleden elkaar tijdig kunnen vervangen. Dit vergroot onze slagkracht. Het zorgt ervoor dat we als Nederland internationaal een grote bijdrage kunnen leveren aan het in kaart brengen van de risico’s van chemische stoffen bij calamiteiten.”